GVB wijst alle medewerkers op omgangsvormen

Het GVB in Amsterdam heeft al haar medewerkers geïnformeerd over omgangsvormen en het standpunt van GVB hierin. Ook zal er tijdens de opleiding en de introductieperiode van nieuwe medewerkers nadrukkelijker aandacht worden besteed aan gewenste omgangsvormen. Aanleiding is een rel omtrent vermeende antisemitische uitspraken van twee medewerkers op de tram.

Deze medewerkers zaten in tram 17 en zouden vorige week bij de halte Westerkerk, Anne Frank Huis, in het Engels zich hebben afgevraagd waarom ‘ zoveel mensen een vrouw bezoeken die toch allang dood is’. Daarop zou de conducteur hebben geantwoord ‘De Joden moeten toch ergens hun geld aan verdienen.’ Het gesprek zou via de intercom te volgen zijn.

Getuige

De twee medewerkers werden door het GVB op het matje geroepen maar ontkenden dergelijke uitspraken te hebben gedaan. Daarmee was de zaak voor het GVB afgedaan. Dat veranderde toen zondag een nieuwe getuige zich meldde die de antisemitische uitspraken bevestigde.

Het GVB heeft hierop meteen een onderzoek ingesteld. Op de website wordt duidelijk welke stappen er worden ondernomen. ‘GVB heeft er alles aan gedaan om te achterhalen wat er gebeurd is. Hierbij heeft iedereen de gelegenheid gekregen om zijn verhaal te doen. Zowel de bestuurder als de conducteur verklaren, afzonderlijk van elkaar, dat zij deze uitspraken niet hebben gedaan.’

Niet acceptabel

‘Ook geven beiden aan zich van de inhoud te distantiëren en het heel erg te vinden wanneer mensen dit soort uitspraken doen. Zij begrijpen dat mensen zich door dit soort uitlatingen gekwetst voelen en bieden dan ook aan om met de indiener van de klacht of de persoon die in de tram zat, in gesprek te gaan over hoe dit verhaal heeft kunnen ontstaan.

Wij willen nogmaals benadrukken dat wij uitspraken van deze aard niet acceptabel vinden’, aldus het GVB.