Vakbond stelt ultimatum aan Arriva over overgang personeel Limburg
Arriva heeft tot nog toe steeds geweigerd om in te gaan op de eisen van de vakbonden over een geruisloze overgang van het Limburgse personeel van Veolia naar Arriva op 11 december. Dit vinden de vakbonden CNV Vakmensen en FNV Streekvervoer. Daarom heeft CNV een ultimatieve brief gestuurd aan de vervoerder om uiterlijk op 11 november om 23.00 uur afspraken te maken. Als Arriva die deadline aan zich voorbij laat gaan, zegt de vakbond ‘uitonderhandeld’ te zijn. Dan zal na overleg met vakbond FNV Streekvervoer en de leden worden besloten welke acties er gaan volgen vanaf 11 december 2016.
De vakbonden en de nieuwe vervoerder staan al maandenlang lijnrecht tegenover elkaar op enkele punten en daarom heeft CNV Vakmensen vanuit haar leden deze ultimatieve brief opgesteld aan de vervoerder en deze deadline gesteld. Die brief is gestuurd aan de directie van Arriva, Veolia, de OR van Arriva en de provincie Limburg. In die brief waren drie mogelijke overlegmomenten voorgesteld met het verzoek uiterlijk afgelopen maandag 09.00 uur een moment te kiezen. Op navraag zegt Arriva dinsdagochtend naar de vakbonden een uitnodiging te hebben verzonden voor een overleg.
Eisen vakbonden
Twee maanden geleden waren er nog circa 15 punten die openstonden en de partijen zijn elkaar dus wel degelijk tegemoet gekomen. Maar nog steeds zou Arriva op nog zes punten weigeren om in te gaan op de eisen van de vakbonden. “In de afgelopen vier tot vijf weken is er niets veranderd in het eindbod voor het sociaal plan en de artikel 40-afspraken”, aldus Jean-Marie Severijns, bestuurder bij CNV Vakmensen.
In de afgelopen week hebben CNV en FNV enkele ledenvergaderingen georganiseerd, waaruit zou blijken hoe ontevreden de medewerkers zijn over de manier waarop Arriva omgaat met de twijfels van het personeel. Bijna 600 medewerkers – waarvan ook een deel geen lid is van een vakbond – ondertekenden een ‘petitie van ongenoegen’ over het eindbod voor het Sociaal Plan en de artikel 40-afspraken die Arriva wil maken. Severijns: “Dit zegt wel iets over het ongenoegen van het personeel over deze overgang.”
Garantie-afspraken
Enkele maanden terug gaf Arriva nog aan om altijd bereid te zijn vragen van de werknemers én vragen van de vakbonden te beantwoorden, maar daarvoor is volgens de vakbonden vooral belangrijk dat er overlegd wordt. “Wij willen er graag uitkomen, maar dan moet er wel overleg plaatsvinden”, aldus Severijns. “Hoe meer tijd er verstrijkt, hoe minder vertrouwen wij hebben. Zoals er geen gesprek plaatsvindt, kan er geen water bij de wijn gedaan worden.”
“Arriva luistert niet naar wat mensen willen, communiceert niet of slecht en het feit dat Arriva bij andere concessie-overgangen wel garantie-afspraken over het behoud van de cao heeft gedaan én wel afgesproken heeft dat het nieuwe personeel onder cao OV in dienst komt, roept groot wantrouwen op”, aldus de vakbonden. “Het zorgt zelfs voor enorme onrust.”
Eisen medewerkers
Er zijn momenteel nog zes eisen waarop Arriva weigert in te gaan. In eerste plaats willen de vakbonden dat het sociaal plan voor medewerkers die boventallig worden in ieder geval gelijkwaardig is aan het sociaal plan in Brabant. “Het is voor onze leden onacceptabel dat de transitievergoeding in Limburg substantieel – oplopend tot ruim 50 procent – minder is dan in het sociaal plan in Brabant”, stelt Severijns.
Het Limburgse personeel wil de garantie dat al het nieuwe personeel onder de cao OV komt te vallen en dat er geen werk zal worden verricht door onderaannemers. “De reden waarom Arriva het werk in Limburg op de midi uitbesteed en het werk op de mini-bus door het eigen personeel, begrijpen onze leden niet”, verklaart FNV.
Flexibiliteit
De werknemers maken zich ook zorgen over de sociale veiligheid en de gewenste flexibiliteit waarop Arriva een beroep doet. Bij Veolia is sprake van een dubbele bezetting van stewards op alle treinlijnen en de medewerkers eisen dat die dubbele bezetting gehandhaafd blijft om zo de veiligheid te kunnen garanderen.
Verder zou Arriva een beroep doen op de flexibiliteit, maar niet duidelijk maken hoe en in welke mate een beroep wil doen op flexibiliteit. “De grenzen van de huidige flexibiliteit zijn bereikt”, aldus FNV. “Het appél op flexibiliteit bij de toekomstige werknemers is niet alleen onduidelijk, maar komt ook intimiderend over bij onze leden.” Daarom willen de vakbonden vooraf duidelijk hebben waar Arriva over spreekt en of de werktijden, werkzaamheden materieel of standplaatsen veranderen.
Overleg
CNV Vakmensen heeft gesteld dat uiterlijk op 11 november om 23.00 uur afspraken gemaakt moeten worden over de voorwaarden die nu onzeker zijn. Als Arriva die deadline laat verstrijken, zal CNV met de FNV en met alle leden een definitief ultimatum vaststellen. Dit kan vanaf 11 december leiden tot stakingen en werkonderbrekingen.
Severijns: “Wij willen het ijzer smeden terwijl het heet is. Een goed werkgever moet vooraf duidelijke afspraken maken over de overgang van het personeel, zodat alle medewerkers op tijd weten waar ze aan toe zijn.”
Lees ook:
