Programma van eisen voor OV-concessie Limburg op de markt
Vervoersbedrijven kunnen zich gaan inschrijving op de nieuwe OV-concessie van Limburg. Het gaat om de grootste regionale aanbesteding in Nederland, met een waarde van ruim één miljard euro. De nieuwe vervoerder is straks verantwoordelijk voor het vervoer per stoptreinen, per bus én het openbaar vervoer op maat. De NS blijft verantwoordelijk voor het reizigersvervoer met intercity’s.
Vorige week werd duidelijk dat ook de elektrificatie van de Maaslijn, de spoorverbinding tussen Roermond en Nijmegen, wordt opgenomen in de aanbesteding van de nieuwe concessie. Gedeputeerde Patrick van der Broeck: “Naast het feit dat we met een elektrische Maaslijn de reiziger meer en snellere verbindingen kunnen bieden, geven we hiermee het totale openbaar vervoer in Noord-Limburg een impuls. De Maaslijn kan zeker 15 procent meer reizigers vervoeren. Ook de bussen worden dus belangrijker in de regio, omdat die de Maaslijn van meer reizigers kunnen voorzien.”
Maatwerk
Ook nieuw in de concessie is ook het reisinformatiesysteem waar de provincie zelf verantwoordelijk voor wordt. Van der Broeck: “We halen de reisinformatie op de belangrijkste haltes en stations uit de concessie. Dat gaan we nu zelf doen. We willen naast de reisinformatie in de bussen en treinen in de nieuwe concessie ook op haltes en stations de reiziger informeren over actuele aankomst- en vertrektijden.” Doordat de provincie straks over alle reisinformatie beschikt, verwacht de gedeputeerde dat de aansluiting tussen regionaal en landelijk soepeler gaat dan nu het geval is.
Volgens Van der Broeck draait de nieuwe concessie meer om maatwerk. “Vanaf 2016 willen we vraag en aanbod nog beter op elkaar laten aansluiten. De concessie is dan ook zo opgebouwd dat op gewijzigde omstandigheden of nieuwe wensen van de reiziger kan worden ingespeeld. Dat betekent ook dat we altijd voldoende capaciteit hebben om alle reizigers te vervoeren. Daarmee behoren dus wachtende reizigers op de perrons langs de Maaslijn tot het verleden.”
Visgraatmodel
De provincie vraagt van de nieuwe vervoerder om de reiziger centraal te stellen met een vraaggericht OV-systeem. Verschillende modaliteiten moeten naadloos op elkaar aansluiten via het visgraatmodel. Limburg eist dat er integraliteit komt in kaartsoorten en dat tarieven en reisinformatie wordt afgestemd met het doelgroepenvervoer. Daarnaast moet het OV maatschappelijke participatie bevorderen en moet er worden uitgegaan openbaar vervoer zonder grenzen. De vervoerder zorgt daarbij voor een goede aansluiting op nationale en internationale knooppunten en ondersteunt de ruimtelijke en economische positie in de Euregio.
Door inspraak, marktconsultatie, het advies van het Reizigersoverleg Limburg (ROL) en de behandeling door Provinciale Staten is het eisenpakket op verschillende onderdelen aangepast en heeft dit geleid tot een andere uitvraag. “Zo eisen we door inbreng van anderen dat in de toekomst op de Heuvellandlijn tricourante treinen ingezet worden die technisch in staat zijn om op zowel het Nederlandse als het Belgische en Duitse elektriciteitsnet kunnen rijden”, stelt Van der Broeck. “De vervoerder die straks reizen op de Heuvellandlijn verzorgt, kan dan niet alleen van Kerkrade tot Aken rijden, maar ook naar Eijsden en zelfs naar Luik.”
OV-autoriteiten
Bij de totstandkoming van het Programma van Eisen zijn naast de Limburgse gemeenten, het Reizigersoverleg Limburg (ROL) en de Vereniging Kleine Kernen Limburg (VKKL) ook zijn aangrenzende OV-autoriteiten betrokken geweest. Dit zijn in het bijzonder zijn de Stadsregio Arnhem Nijmegen en de provincie Noord-Brabant (onder meer met betrekking tot de Maaslijn), Aachener Verkehrsverbund, Nahverkehr Rheinland, Kreis Heinsberg, StädteregionAachen en Stadt Aachen (in verband met grensoverschrijdende buslijnen en de spoorlijn Heerlen – Aachen Hbf) betrokken.
In de aanbesteding wordt een vast bedrag van 55,5 miljoen euro per jaar beschikbaar gesteld. Daarmee moet de inschrijver voldoen aan alle eisen die zijn gesteld en het extra aanbod dat hij daarbovenop doet. Gedeputeerde Van der Broeck: “We prikkelen de inschrijver om binnen het maximale budget meer vervoer en een hogere kwaliteit te leveren doordat hij hier gunningspunten op scoort.”
Concessie
Voor de OV-concessie is een ‘Limburgbreed Ontwikkelteam’ opgericht, waarin naast de vervoerder ook provincie, gemeenten en vertegenwoordigers van de reizigers zitten. Dit team werkt nieuwe ontwikkelingen en wensen van de reiziger uit. Inschrijvingen worden beoordeeld op kwaliteit en extra aanbod die de vervoerders bieden boven op de eisen die gesteld zijn in het Programma van Eisen.
De looptijd van de nieuwe concessie is 15 jaar en gaat in eind 2016 in en loopt tot eind 2031. Aan het einde van het jaar moet bekend zijn aan wie het openbaar vervoer in Limburg wordt gegund.
Lees ook:
‘Reiziger dupe van ongelijk speelveld bij OV-concessie Limburg’
