Definitief afscheid van oude regels met nieuwe spoorwetgeving

Syntustrein

Met het ingaan van de vernieuwde Spoorwegwet samen met de Wet Lokaal Spoor en het Besluit Bijzondere Spoorwegen is vorige maand definitief afscheid genomen van alle oude regels voor het Nederlandse spoor. “Dit is een groots moment voor de Nederlandse spoorsector. Voordat deze wetten werden aangenomen, waren er zelfs nog regels uit de Spoorwegwet 1875 van toepassing”, vertelt advocate Viola Sütő van LegalRail.

De vernieuwde Spoorwegwet is op 15 december 2015 ingegaan. “Onderdeel van de wet is een besluit waarmee de gebruikersvergoeding meer richting heeft gekregen. Zo is er bijvoorbeeld vastgesteld hoe ProRail kosten mag toerekenen aan de kostenbasis op grond waarvan de door vervoerders te betalen vergoeding berekend wordt. Er is vastgesteld dat ProRail verschillende diensten kan onderscheiden en dat zij binnen die diensten verschillende gebruikersklassen met verschillende vergoeding kan hanteren.”

Gebruikersvergoeding

Spoorbeheerder ProRail maakt jaarlijks de tarieven voor de gebruikersvergoeding bekend in de concept Netverklaring. Bij het vaststellen van deze vergoeding worden rekenmodellen toegepast waarin variabelen zoals treingewicht, gemaakte kilometers en het aantal halteringen aan perrons zijn opgenomen. Nadat de vervoerders hun zienswijzen hebben gegeven op de tarieven, stelt ProRail de definitieve Netverklaring vast met de tarieven.

Voordat de wetswijziging in werking was getreden, was het zo dat als de vervoerders het na de vaststelling niet eens waren met de tarieven zij een klacht konden indienen bij ACM die vervolgens de rekenmethodiek van ProRail toetste. Nu toetst ACM de methodiek voorafgaand aan de vaststelling. Het is nog steeds mogelijk voor vervoerders om een klacht in te dienen. Sütő: “Deze verandering van toetsmoment kan risico’s meebrengen. Als ACM de methode van ProRail voorafgaand goedkeurt, kun je je afvragen hoe onafhankelijk, hoe onbevangen ACM nog kan zijn als vervoerders daarna een klacht indienen. Dan zou je een situatie kunnen krijgen dat ProRail zegt ‘je hebt het zelf goedgekeurd’.”

Dienstvoorziening

Een andere wijziging in de Spoorwegwet is dat ACM nu ook, althans als er sprake is van een aanbesteding, de exploitatie van een dienstvoorziening voorafgaand toetst. Voorbeelden van dienstvoorzieningen zijn wasstraten, werkplaatsen en laad- en losstations. Doordat veel van dit soort diensten in handen zijn van één marktpartij, vaak nog NS, ontstond er discussie over of zij deze diensten zonder discriminatie aan haar concurrenten aanbood. Die verplichting is nu in de wet vastgelegd.

“De vernieuwde wet bepaalt dat de manier waarop de diensten worden aangeboden aan de vervoerders transparant en niet discriminerend moet zijn. De exploitant mag de voorwaarden voor toegang en de vergoedingen daarvoor pas toepassen, nadat ACM deze heeft goedgekeurd. Deze toets is een mooie extra bescherming voor spoorwegondernemingen.”

Nieuwe wetgeving

De Wet Lokaal spoor bepaalt dat provincies en metropoolregio’s verantwoordelijk zijn voor de aanleg en het beheer van het regionale railnetwerk. Het Besluit Bijzondere Spoorwegen bevat regels waar bedrijven met een spooraansluiting aan moeten voldoen, maar ook bijvoorbeeld over museumlijnen.

Met name de Wet Lokaal Spoor brengt volgens de advocate veel teweeg vanwege de verregaande verantwoordelijkheden die de lokale overheden hebben gekregen. “Het bestuursorgaan is verantwoordelijk voor vergunningverlening voor de indiensttreding van de spoorweginfrastructuur en de spoorvoertuigen. Hij stelt de beheerder aan, regelt de verkeersleiding, het veiligheidscertificaat voor de vervoerder en de vergunningen voor werkzaamheden.”

Toezicht

De Wet Lokaal Spoor heeft het toezicht op de veiligheid van het lokale spoor bij de Inspectie Leefomgeving en Transport (ILT) belegd. Voorheen deden de vervoerders dit zelf. Over deze wijziging is de advocate kritisch. “Ik vind het onnodig en niet in lijn met de decentralisatiegedachte van de Wet Lokaal Spoor dat dit nu is gecentraliseerd bij ILT. De gedachte erachter is als het bij verschillende partijen zou worden neergelegd dat er versnippering zou ontstaan. Voor nationale spoorwegen is dit begrijpelijk, maar lokaal zou dit prima apart geregeld kunnen worden. Nu wordt het in een uniform keurslijf gegoten.”

Marieke van Gompel

Lees ook:

‘Decentrale overheden moeten aan de slag met Wet Lokaal Spoor’

Auteur: Marieke van Gompel

2 reacties op “Definitief afscheid van oude regels met nieuwe spoorwetgeving”

Illya Vaes|09.01.16|17:54

De door de regio aangewezen beheerder lijkt me, qua veiligheid onderhevig aan de regels en toetsing van ILT.

Paul Kruit|08.01.16|16:00

Misschien lees ik erover heen ( of begrijp ik het niet ), maar wie is er nu verantwoordelijk voor de spoorbeveiliging. Baan technisch, Seinwezen technisch? Is dit ProRail ( overheid )?, wat staat hierover m.b.t wetgeving?