OV-chipkaart, paaltjes, inchecken

‘Subsidieer geen halflege bussen, maar geef reizigers OV-budget’

Op de eindconferentie van de Summer Challenge presenteerden jonge werknemers van de OV-bedrijven vijf ludieke en innovatieve ideeën rondom het thema: studenten en OV. Je moet goede ideeën jatten en slim combineren met nieuwe inzichten om ze nog een stapje verder te brengen, zo meent voorzitter van de Jonge Veranderaars en tevens jurylid bij de Summer Challenge, Nick Knoester. Daarom neemt hij voor OVPro de vijf concepten één voor één onder de loep. Als tweede het idee ‘MobiliBlij’.

COLUMN – Dit is een systeem waar je een OV-budget krijgt en de als student losse OV-producten (zoals een trajectdagkaart of een Weekend Vrij) inkoopt die passen bij jouw reisbehoefte. Als je geen OV gebruikt, krijg je een deel van je budget uitbetaald. Het overige deel gaat naar overheid en vervoerders.

Alternatief OV-studentenkaart

Dat is kort samen gevat het concept ‘MobiliBlij’ dat op de Summer Challenge gepresenteerd werd als alternatief voor de huidige OV-studentenkaart. Het was een concept dat de tongen deed los maken, zowel bij de jury als in de zaal. Er waren felle tegenstanders -met name onder de studenten – en er waren mensen die de denkrichting wel interessant vonden.

Hoewel ik nog wel wat haken en ogen zag, vond ik het wel een sympathieke denkrichting. Als je er voor zorgt dat je meer financieringskracht bij de eindgebruiker legt, in plaats van bij de subsidievertrekker, moet je als vervoerder de focus nóg meer richten op een goede relatie met je klant in plaats van met opdrachtgever.

Sociale woningmarkt

Een parallel is te trekken met de omslag op de sociale woningmarkt. In de vorige eeuw kwam het geld vooral vanuit de overheid via de woningbouwvereniging als bijdrage bij de huurder terecht. Nu gaat het geld vanuit de overheid als huurtoeslag via de huurder naar de woningcorporatie, maar kan ook naar een projectontwikkelaar gaan. Alle partijen kunnen dus inspelen op de vraag, die uit solidariteit deels gefinancierd wordt door de overheid. Voortbordurend op de denkrichting van MobiliBlij zie ik hier ook kansen voor de totale OV-markt.

Recent pleitte mijn bestuursgenoot Ingrid Dankers in het Railforum Relatieblad voor een ‘Experimentenzone’, een gebied (of meerdere) waarin een aantal regels wordt weglaten dat een belemmering vormt voor innovaties en waarin hele nieuwe concepten in de praktijk uitgetest worden. Een experiment met een ‘OV-budget’ kan ook een interessant concept zijn om op een andere manier naar de betaalbaarheid van openbaar of collectief vervoer te kijken. En dan niet alleen voor studenten, maar voor alle inwoners van een bepaalde regio.

Toepassing in concessies

Wat moet er dan gebeuren? Als er ergens binnen een jaar een concessie afloopt, dan moet de decentrale overheid niet opnieuw een concessie uitvragen en geld beschikbaar stellen om bussen mee rond te laten rijden. Het geld moet als OV-budget beschikbaar worden gesteld aan de inwoners. Geen halflege bussen subsidiëren, maar reizigers direct subsidiëren. Geef iedereen een OV-chipkaart met tegoed. Die tegoeden kunnen verschillen in hoogte afhankelijk van bijvoorbeeld daadkracht en locatie.

Verder zullen hier de pgb-budgetten voor aanvullend openbaar vervoer aan toegevoegd moeten worden. Hiermee stimuleer je mobiliteitsaanbieders om slimmer in te spelen op de vraag en hun capaciteit zo goed mogelijk in te zetten. Op een aantal dikke stromen kunnen dan bussen blijven rijden. In de dunbevolkte gebieden kunnen slimme aanbieders maatwerk leveren om toch iedereen van mobiliteit te voorzien.

Zij zullen worden geprikkeld doordat het overheidsgeld via de vraagzijde geïnd kan worden. Door de budgettering deels aan de locatie te verbinden kan de overheid invloed behouden en zorgen dat ook de afgelegen gebieden bediend worden, omdat ze daarheen ‘gelokt’ worden door reizigers met een groter OV-budget.

Stimulans ontwikkeling

Ik besef met dat ook aan dit idee nog wat haken en ogen zitten, maar ik daag decentrale overheden met lef graag uit om weer voort te borduren op dit concept en te onderzoeken hoe het verder bijgeschaafd kan worden, zodat we een concept kunnen implementeren dat leidt tot minder lege bussen en een stimulans geeft aan verdere ontwikkeling van slimme deelconcepten in dunbevolkte gebieden. De teamleden van MobiliBlij kunnen u hier ongetwijfeld bij helpen.

nick-knoester-jonge-veranderaars

Nick Knoester is voorzitter van de Jonge Veranderaars, het jongerennetwerk voor de OV-sector.

Auteur: Inge Jacobs

4 reacties op “‘Subsidieer geen halflege bussen, maar geef reizigers OV-budget’”

Léon Tebbens|05.11.16|12:07

Lege bussen (bv in de avond) kun je nu ook al schrappen, de vervoerders weten precies welke dat zijn. Daar heb je geen ander systeem zoals persoonlijk budget voor nodig.
De “ooghaak” ligt dus ergens anders

Sprekers EGMD|05.11.16|12:38

Het idee, op deze manier een (nog) betere afstemming van aanbod op vraag te verkrijgen, is op zichzelf prima (OV-bedrijven zullen de reizigers in plaats van subsidiërende overheden weer als hun klanten gaan zien). Anderzijds: echte OV-kwaliteit zonder af en toe een (half)lege bus te laten rijden, bestaat niet. Bij kwaliteit hoort dat overheden zich mede garant stellen voor een complete bediening, die alleen in geval van zeer dunne vervoerstromen beter op aanvraag kan plaatsvinden.

Arco Sierts|08.11.16|20:25

Stoere prietpraat Leon. Bijna-lege bussen ’s avonds is niet wezenlijk anders als bij een gewone winkel: 20% van je producten doet 80% van je omzet. Maar als je die overige, veel minder goed lopende producten schrapt, dan verlies je veel meer klanten, want klanten wensen een compleet aanbod!
Een bekend issue is ‘de laatste bus of trein in aansluiting op’: die verbinding mijdt men als het effe kan, want als je die mist, dan ben je goed gaar. Logisch dus dat laatste bussen financieel lastig zijn.

Roderick Klein|03.12.17|17:38

Beetje late reactie maar waneer gaan je we eens bij bouwen het nieuwe snelwegen dezelfde rentabiliteits criteria toepassen als bij buslijnen en bouwen van spoorlijnen. Er is de laatste jaren alleen maar meer en meer aan buslijnen gezaagt en steeds verder. Zelfs in de grote steden als Rotterdam gaan mensen met de auto naar het werk omdat het OV niet goed genoeg is. Helaas ken ik zelf collega’s die in Rotterdam met OV gaan die bij metro station Kralingse Zoom werken.

Reageer ook

Nog maximaal tekens

Log in via een van de volgende social media partners om je reactie achter te laten.

‘Subsidieer geen halflege bussen, maar geef reizigers OV-budget’ | OVPro.nl
OV-chipkaart, paaltjes, inchecken

‘Subsidieer geen halflege bussen, maar geef reizigers OV-budget’

Op de eindconferentie van de Summer Challenge presenteerden jonge werknemers van de OV-bedrijven vijf ludieke en innovatieve ideeën rondom het thema: studenten en OV. Je moet goede ideeën jatten en slim combineren met nieuwe inzichten om ze nog een stapje verder te brengen, zo meent voorzitter van de Jonge Veranderaars en tevens jurylid bij de Summer Challenge, Nick Knoester. Daarom neemt hij voor OVPro de vijf concepten één voor één onder de loep. Als tweede het idee ‘MobiliBlij’.

COLUMN – Dit is een systeem waar je een OV-budget krijgt en de als student losse OV-producten (zoals een trajectdagkaart of een Weekend Vrij) inkoopt die passen bij jouw reisbehoefte. Als je geen OV gebruikt, krijg je een deel van je budget uitbetaald. Het overige deel gaat naar overheid en vervoerders.

Alternatief OV-studentenkaart

Dat is kort samen gevat het concept ‘MobiliBlij’ dat op de Summer Challenge gepresenteerd werd als alternatief voor de huidige OV-studentenkaart. Het was een concept dat de tongen deed los maken, zowel bij de jury als in de zaal. Er waren felle tegenstanders -met name onder de studenten – en er waren mensen die de denkrichting wel interessant vonden.

Hoewel ik nog wel wat haken en ogen zag, vond ik het wel een sympathieke denkrichting. Als je er voor zorgt dat je meer financieringskracht bij de eindgebruiker legt, in plaats van bij de subsidievertrekker, moet je als vervoerder de focus nóg meer richten op een goede relatie met je klant in plaats van met opdrachtgever.

Sociale woningmarkt

Een parallel is te trekken met de omslag op de sociale woningmarkt. In de vorige eeuw kwam het geld vooral vanuit de overheid via de woningbouwvereniging als bijdrage bij de huurder terecht. Nu gaat het geld vanuit de overheid als huurtoeslag via de huurder naar de woningcorporatie, maar kan ook naar een projectontwikkelaar gaan. Alle partijen kunnen dus inspelen op de vraag, die uit solidariteit deels gefinancierd wordt door de overheid. Voortbordurend op de denkrichting van MobiliBlij zie ik hier ook kansen voor de totale OV-markt.

Recent pleitte mijn bestuursgenoot Ingrid Dankers in het Railforum Relatieblad voor een ‘Experimentenzone’, een gebied (of meerdere) waarin een aantal regels wordt weglaten dat een belemmering vormt voor innovaties en waarin hele nieuwe concepten in de praktijk uitgetest worden. Een experiment met een ‘OV-budget’ kan ook een interessant concept zijn om op een andere manier naar de betaalbaarheid van openbaar of collectief vervoer te kijken. En dan niet alleen voor studenten, maar voor alle inwoners van een bepaalde regio.

Toepassing in concessies

Wat moet er dan gebeuren? Als er ergens binnen een jaar een concessie afloopt, dan moet de decentrale overheid niet opnieuw een concessie uitvragen en geld beschikbaar stellen om bussen mee rond te laten rijden. Het geld moet als OV-budget beschikbaar worden gesteld aan de inwoners. Geen halflege bussen subsidiëren, maar reizigers direct subsidiëren. Geef iedereen een OV-chipkaart met tegoed. Die tegoeden kunnen verschillen in hoogte afhankelijk van bijvoorbeeld daadkracht en locatie.

Verder zullen hier de pgb-budgetten voor aanvullend openbaar vervoer aan toegevoegd moeten worden. Hiermee stimuleer je mobiliteitsaanbieders om slimmer in te spelen op de vraag en hun capaciteit zo goed mogelijk in te zetten. Op een aantal dikke stromen kunnen dan bussen blijven rijden. In de dunbevolkte gebieden kunnen slimme aanbieders maatwerk leveren om toch iedereen van mobiliteit te voorzien.

Zij zullen worden geprikkeld doordat het overheidsgeld via de vraagzijde geïnd kan worden. Door de budgettering deels aan de locatie te verbinden kan de overheid invloed behouden en zorgen dat ook de afgelegen gebieden bediend worden, omdat ze daarheen ‘gelokt’ worden door reizigers met een groter OV-budget.

Stimulans ontwikkeling

Ik besef met dat ook aan dit idee nog wat haken en ogen zitten, maar ik daag decentrale overheden met lef graag uit om weer voort te borduren op dit concept en te onderzoeken hoe het verder bijgeschaafd kan worden, zodat we een concept kunnen implementeren dat leidt tot minder lege bussen en een stimulans geeft aan verdere ontwikkeling van slimme deelconcepten in dunbevolkte gebieden. De teamleden van MobiliBlij kunnen u hier ongetwijfeld bij helpen.

nick-knoester-jonge-veranderaars

Nick Knoester is voorzitter van de Jonge Veranderaars, het jongerennetwerk voor de OV-sector.

Auteur: Inge Jacobs

4 reacties op “‘Subsidieer geen halflege bussen, maar geef reizigers OV-budget’”

Léon Tebbens|05.11.16|12:07

Lege bussen (bv in de avond) kun je nu ook al schrappen, de vervoerders weten precies welke dat zijn. Daar heb je geen ander systeem zoals persoonlijk budget voor nodig.
De “ooghaak” ligt dus ergens anders

Sprekers EGMD|05.11.16|12:38

Het idee, op deze manier een (nog) betere afstemming van aanbod op vraag te verkrijgen, is op zichzelf prima (OV-bedrijven zullen de reizigers in plaats van subsidiërende overheden weer als hun klanten gaan zien). Anderzijds: echte OV-kwaliteit zonder af en toe een (half)lege bus te laten rijden, bestaat niet. Bij kwaliteit hoort dat overheden zich mede garant stellen voor een complete bediening, die alleen in geval van zeer dunne vervoerstromen beter op aanvraag kan plaatsvinden.

Arco Sierts|08.11.16|20:25

Stoere prietpraat Leon. Bijna-lege bussen ’s avonds is niet wezenlijk anders als bij een gewone winkel: 20% van je producten doet 80% van je omzet. Maar als je die overige, veel minder goed lopende producten schrapt, dan verlies je veel meer klanten, want klanten wensen een compleet aanbod!
Een bekend issue is ‘de laatste bus of trein in aansluiting op’: die verbinding mijdt men als het effe kan, want als je die mist, dan ben je goed gaar. Logisch dus dat laatste bussen financieel lastig zijn.

Roderick Klein|03.12.17|17:38

Beetje late reactie maar waneer gaan je we eens bij bouwen het nieuwe snelwegen dezelfde rentabiliteits criteria toepassen als bij buslijnen en bouwen van spoorlijnen. Er is de laatste jaren alleen maar meer en meer aan buslijnen gezaagt en steeds verder. Zelfs in de grote steden als Rotterdam gaan mensen met de auto naar het werk omdat het OV niet goed genoeg is. Helaas ken ik zelf collega’s die in Rotterdam met OV gaan die bij metro station Kralingse Zoom werken.

Reageer ook

Nog maximaal tekens

Log in via een van de volgende social media partners om je reactie achter te laten.