‘Punctualiteit OV-bestek weinig invloed op werk buschauffeur’

Dat punctualiteit een steeds grotere rol speelt in OV-bestekken heeft doorgaans weinig invloed op de manier waarop buschauffeurs hun werk uitvoeren. Het is vooral belangrijk om het hoofd koel te houden en je niet te druk te maken. De dienstregeling biedt doorgaans genoeg ruimte om de vertraging later in te lopen. Dat zegt buschauffeur Kees Janssen (59) die al 23 jaar met veel plezier voor vervoerder Veolia in Breda werkt.

Het werken als buschauffeur is er in de afgelopen jaren alleen maar op vooruitgegaan, vindt Janssen. “Eerst reden we nog in bussen zonder airco en stuurbekrachtiging en was het nog een bijzaak of de verwarming het wel of niet deed. De bussen zijn nu veel moderner qua rijd- en zitcomfort en hebben bijvoorbeeld aparte airco voor passagiers en chauffeur.”

“Als buschauffeur heb, zo lang je je aan de dienstregeling houdt, veel vrijheid. Het leuke aan het vak is dat je buiten op straat rondrijdt in plaats van de hele dag tussen vier muren te zitten. Ook vind ik de omgang met mensen erg prettig”, legt de chauffeur uit.

Agressie in het OV

Mindere aspecten aan het vak, zijn volgens Janssen de toename van agressie in het OV. De chauffeur merkt zelf dat met name de agressie in het verkeer is toegenomen en in mindere mate agressie en scheldpartijen tegen chauffeurs. “Het ligt er daarbij wel aan hoe je je zelf opstelt. Het is bijvoorbeeld belangrijk om kalm te blijven en een agressieve passagier zo min mogelijk te provoceren. We hebben hiervoor diverse cursussen gevolgd zoals een weerbaarheidscursus en een gedragscursus. Daarbij leer je bijvoorbeeld hoe je veilig de bus uitkomt.”

“Als er iets gebeurt, dan drukken we op de noodknop. De centrale schakelt dan toezichthouders van Veolia in. Zij beoordelen dan de situatie. Doordat de bus met gps is uitgerust, kunnen de toezichthouders snel ter plaatse zijn om de buschauffeurs te helpen”, aldus Janssen.

Zwartrijders

“Als chauffeurs problemen hebben, dan is het bijna altijd om het plaatsbewijs. Het is daarom veiliger om de kaartjes uit de bus te halen”, vindt de buschauffeur.

Chauffeurs dienen op te letten of passagiers bij het instappen inchecken met hun OV-chipkaart. Janssen: “We zijn echter niet verantwoordelijk voor het plaatsbewijs. Je moet als chauffeur hier ook niet te enthousiast in zijn. Het is beter om bij overmatig zwartrijden controleurs op te roepen die naar de bus toekomen om dit te checken om agressief gedrag te voorkomen.”

Punctualiteit

Dat punctualiteit een steeds grotere rol speelt in de OV-bestekken heeft weinig invloed op de manier waarop Janssen zijn werk uitvoert. Het is volgens hem vooral belangrijk het hoofd koel te houden. “Als je een keer vertraging hebt, dan moet je je daar niet te druk over maken. Normaal gesproken biedt de dienstregeling genoeg ruimte om dit later op te lossen.”

De OV-chipkaart heeft er volgens de buschauffeur toe bijgedragen dat het ‘laden en lossen’ van passagiers een stuk sneller verloopt. “Of je bij een halte nu tachtig of vier personen hebt staan, dit heeft weinig invloed op de punctualiteit. Vertraging loop je bijna alleen op door drukte op de weg, maar niet door passagiers”, zegt Janssen.

Doelgroepenvervoer

Ook bij de verschuiving van het doelgroepenvervoer naar het OV ziet de buschauffeur weinig beren op de weg. Janssen: “Het vervoeren van bijvoorbeeld rolstoelgebruikers gaat vrij gemakkelijk. Je rijdt naast de stoeprand waar de reiziger klaarstaat om mee te rijden. Je opent de middelste deur. Als ik deze persoon in de bus help, is het wel belangrijk dat ik mijn geldbak meeneem om diefstal te voorkomen. Het valt me alleen op dat er nog weinig rolstoelgebruikers met de bus reizen.”

Het is mogelijk dat Janssen eind volgend jaar een andere werkgever krijgt, want dan loopt de busconcessie West-Brabant af. Deze concessie voert Veolia al sinds 2006 uit. Janssen: “Ik maak me er persoonlijk weinig zorgen over. De bonden zeggen toch dat ze het personeel moeten overnemen en de cao voor buschauffeurs is voor ieder busbedrijf hetzelfde. Maar misschien komt het ook wel door mijn leeftijd dat ik me er niet meer zo druk over maak, omdat ik over een paar jaar met pensioen ga.”

Marieke van Gompel