Reizigersorganisaties verontrust door hoger btw-tarief OV

Kaartautomaat, tickets, reizigers, station, Breda

Reizigersorganisaties maken zich grote zorgen over de plannen van het kabinet om het lage btw-tarief van 6 procent te schrappen. Dat maakt reizen met het openbaar vervoer namelijk fors duurder. Nu bedraagt de btw over een trein-, bus-, tram- of metrokaartje zes procent. Gaat de oppositie akkoord met het voorstel, dan stijgt dat percentage naar maar liefst 21 procent.

“Als deze maatregel doorgaat, dan zouden de kosten voor het gebruik van OV zomaar met 15 procent omhoog kunnen gaan”, zegt Reizigersorganisatie Rover bij monde van beleidsmedewerker Tim Boric. “En dat terwijl de kosten voor bijvoorbeeld zakelijk autogebruik niet met zo’n percentage omhoog gaat. Vanuit de optiek van mobiliteitsbeleid lijkt ons dat een verkeerde maatregel.” Rover benadrukt dat ze graag meer mensen gebruik ziet maken van het openbaar vervoer.

Inconsistent

Ook Rikus Spithorst van Voor Beter OV vindt de beoogde wijziging ondoordacht. “Onze regering vindt dat mensen werk moeten accepteren op grote afstand van hun woonplaats. Prima, maar bestraf burgers dan niet door de kaartjes voor openbaar vervoer duurder te maken. Dat is inconsistent beleid.” Verder wijst Spithorst op de huidige concessie voor NS, waarin volgens hem niet over btw wordt gesproken. “Daarin staat dat de kosten van kaartjes alleen mogen stijgen met de inflatie.”

Mocht de maatregel toch doorgang vinden, dan zullen bestaande reizigers niet minder vaak voor het OV zullen kiezen, denkt Spithorst. “Veel reizigers hebben geen uitwijkmogelijkheid. Denk aan mensen die te slechte ogen hebben voor de auto, er het geld niet voor hebben of om andere redenen geen gemotoriseerd vervoer tot hun beschikking hebben.”

Eerste levensbehoeften

In het concept-belastingakkoord van de regeringspartijen VVD en PvdA vervalt het lage btw-tarief voor alles behalve eerste levensbehoeften. Gaan de plannen van staatssecretaris Cees Wiebes van Financiën door, dan stijgen een heleboel producten en diensten in prijs, waaronder openbaar vervoer.

Ook boeken, tijdschriften, voorbehoedsmiddelen, bloemen, de kapper en de fietsenmaker worden duurder, net als hotels, restaurants, concerten en voetbalwedstrijden. De maatregel moet 5 miljard euro opleveren, die via lastenverlichting weer teruggaat naar de burger: ieder huishouden zou er gemiddeld zo’n 800 euro op vooruit moeten gaan.

Martijn van Best

Auteur: admin

Reageren op dit artikel is niet mogelijk.