Bierman: stadsvervoerder plaatst maatschappelijk belang boven winst

Voor vervoerders die een concessie onderhands gegund krijgen, is het gemakkelijker om het maatschappelijk belang voor het belang van het bedrijf te laten gaan. Dit zei HTM-directeur Jaap Bierman vorige week op het OV Debat in Utrecht vorige week. “Een privaat bedrijf houdt zich aan de regels en zal ook maatschappelijk verantwoord ondernemen, maar heeft uiteindelijk het doel om winst te generen. Daar is niets mis mee, maar een overheidsbedrijf heeft een ander belang.” 

Samen met Christel Mourik, directeur OV bij de Metropoolregio Rotterdam Den Haag en Thomas Niaounakis, onderzoeker bij IPSE Studies, ging Bierman in debat over inbestedingen. “Ik ervaar een betere samenwerking  met bedrijven die niet als primaire doel hebben om winst uit te keren”, zei Bierman. “Wij laten het algemeen belang prevaleren. Stadsvervoerders zijn van en voor de stad.”

Concessie

Hier kwam ook de concessie aan bod die de MRDH eerder dit jaar aan HTM heeft gegund. Volgens Mourik zijn de belangen tussen de opdrachtgever en de vervoerder toch ook bij een inbesteding wel anders. De MRDH heeft als doel een zo hoog mogelijke kwaliteit te krijgen voor zo min mogelijk geld, terwijl HTM en RET de winkel moeten laten draaien. “Maar we hebben volgens mij laten zien dat je een goed zakelijk gesprek kunt voeren als je kiest voor inbesteden. Daarom weten wij zeker dat we voor de belastingbetaler goede afspraken hebben gemaakt en dat we ook voor de reiziger een goede kwaliteit neer zetten.”

Daarbij heeft de concessieverlener de vervoerders tijdens het aanbestedingsproces altijd voor ogen gehouden dat een openbare aanbesteding tot de mogelijkheden zou behoren. Die druk heeft Bierman in dit proces ook opgemerkt, legt hij uit. “Je hebt druk nodig; dat helpt mij om scherp te blijven en die scherpte door te stralen naar de organisatie.” Hij denkt echter dat de druk om goed te presteren niet louter afgedwongen kan worden door middel van een aanbesteding. “Je kunt dit als overheid ook doen door je governance-rechten te pakken en een directie die niet functioneert te ontslaan.”

Marktwerking

Dit debat volgde op een eerdere voordracht van Arriva-topman Anne Hettinga, waarin Hettinga vertelde over zijn geloof in marktwerking. Volgens de Arriva-directeur is marktwerking de beste motor voor innovatie in het openbaar vervoer. “Ik ontken niet dat het stadsvervoer in Den Haag, Rotterdam en Amsterdam fors is verbeterd in de afgelopen jaren”, vertelde hij. “Maar zijn dit de juiste stappen? Ik denk dat je nog betere dienstregelingen had gehad als er partijen hadden meegedaan die met elkaar de concurrentie hadden kunnen aangaan.”

Bierman benadrukte niet tegen marktwerking te zijn, maar dat wel meer naar specifieke situaties gekeken moest worden. “Ik denk dat druk nuttig is en dat marktwerking dus soms nodig is, maar dat het ook veel nadelen met zich mee kan brengen, die de balans laat doorslaan naar de negatieve kant.” De HTM-directeur is van mening dat marktwerking niet effectief is bij geïntegreerde systemen, zoals railsystemen en dikke stromen. “Als je hier een markt maakt, heb je daar ook veel nadelen van.”

Hij ziet veel meer mogelijkheden op het gebied van dunne stromen die vraaggestuurd kunnen worden uitgevoerd en bijvoorbeeld Mobility as a Service (MaaS). “Daar kun en moet je veel meer met de markt doen. Dan kun je een beter product aanbieden, dat veel flexibeler is en voor minder kosten dan nu het geval is.” Dit kan in combinatie met marktpartijen, zoals Google Maps en Drive Now.

Wisseling management

Volgens Thomas Niaounakis wijst onderzoek uit dat inbesteding vaak iets minder doelmatig zijn aan de kostenkant.  “Maar we zien dat stadsvervoerders een enorme stap hebben gemaakt en het mechanisme daarachter is marktwerking.” Hij waarschuwt wel dat die dreiging altijd moet blijven bestaan. “De concessie duurt 15 jaar, dus hoe zorgen we dat de dreiging voor een aanbesteding dan nog steeds reëel is?”

De onderzoeker stimuleerde de aanwezige deelnemers aan het congres om meer met cijfers te doen en een officiële benchmark te draaien, zodat de vervoerders uitgedaagd blijven om goed te presteren. “We zijn in Nederland gezegend met drie mooie stadsvervoerders, dus vergelijk HTM met GVB en RET. Vervoerders kunnen hier zelf ook veel mee, want zo laten ze zien wat er mogelijk is.”

Innovatie

Waar Hettinga nog van mening was dat aanbestedingen beter zijn om vervoerders te stimuleren om te innoveren, meent Mourik juist dat innovatie in de hand gewerkt wordt door een goede relatie tussen opdrachtgever en vervoerder. Mourik: “Het ingewikkelde van OV is dat je dit voor een lange periode aanbesteed en dat het voor een werkgever dus heel lastig is om te omschrijven hoe het vervoer er op de lange termijn uit moet gaan zien.” De MRDH heeft dit opgelost door zakelijke afspraken te maken.

Daarbij zijn goede partnerschappen op gebieden die nu nog niet te voorspellen zijn, van essentieel belang. Mourik: “Bij negen van de tien innovaties loop je met je snoet tegen de muur als je het uitprobeert. Dus je kunt alleen stappen zetten als je vertrouwen in elkaar hebt én als je elkaar de ruimte biedt om dingen uit te proberen, zonder dat je vooraf weet of dit een doorslaand succes is.”

Ontwikkeling

In de concessie van HTM tussen 2019 en 2034 hebben de MRDH en HTM de afspraak gemaakt om elke drie jaar te bekijken of de nu gemaakte afspraken nog relevant zijn. “Juist om ervoor te zorgen dat je niet blijft vasthouden aan 2017, maar dat je de ontwikkeling doormaakt die je graag wilt zien”, legde Mourik uit. Dan kan het gaan om allerlei innovaties – ook zaken die nu nog niet te voorspellen zijn.

Bierman vult aan. “Je wilt hier vier dingen doen. De concessie moet periodiek herijkt worden en output-gestuurd zijn. Ook moet je een functioneel gespecificeerde concessie maken in doelen en niet in middelen. De opdrachtgever moet duidelijk maken wat hij wil bereiken, maar de vervoerder niet voorschrijven hoe die zijn werk moet doen. Als laatste hebben we een beperkte set kpi’s nodig, die elkaar niet overlappen of tegenspreken.”

Maar hij is positief over het proces, zoals dat in Den Haag is verlopen. “We moeten met elkaar heel goed weten waar we heen willen en hebben daarover al een goede dialoog, zonder dat we de naïviteit bezitten dat we ooit de perfecte concessie vinden.”

Lees ook:

Auteur: Inge Jacobs

Reageren op dit artikel is niet mogelijk.