Landelijke staking

VWOV: helft bussen stakende streekvervoerders rijdt

Bus, geen dienst, Hermes, Eindhoven
Foto: Bussen uit dienst. Foto ter illustratie. Foto: Connexxion.

De helft van de bussen van vervoerders waar medewerkers meedoen aan de staking rijdt maandag, schat een woordvoerder van de VWOV, de vertegenwoordiging van vervoersbedrijven. “Het aantal stakers wisselt per regio.” Zo is de impact van de staking in het noorden minder dan in het zuiden.

Ook bij regionale treinen wordt gestaakt. Die van Keolis in het oosten van het land rijden daardoor niet. Net als de treinen van Arriva in de Achterhoek. De Vechtdallijnen van Arriva rijden wel evenals de MerwedeLingelijn tussen Dordrecht en Geldermalsen, van Qbuzz. Ook in Friesland en Groningen wordt de dienstregeling gewoon opgestart, meldde Arriva eerder.

Volgens vakbond CNV is de impact van de staking groot. “In grote delen van het land zijn bussen vandaag in de stalling gebleven. Er zijn regio’s waar niets of vrijwel niets meer rijdt”, constateert actieleider Evert Jan van de Mheen van CNV Vakmensen.

Niet alle werknemers doen aan de staking mee. Van de Mheen: “Daar zijn soms verklaarbare redenen voor. We zien bijvoorbeeld dat uitzendkrachten onder druk worden gezet om tóch te gaan rijden, omdat het gevolgen kan hebben voor hun contract.”

Het gaat om personeel van vervoerders als Arriva, Qbuzz en Keolis. In totaal zijn de twee cao’s waarvoor wordt gestaakt goed voor meer dan 14.000 mensen. In NS-treinen en in het stadsvervoer in Amsterdam, Rotterdam en Den Haag werkt het personeel gewoon door, want die werknemers hebben eigen cao’s. De bussen van de RET in Rotterdam vallen wel onder de cao waarvoor gestaakt wordt, dus de RET waarschuwt dat er bussen kunnen uitvallen.

Opnieuw beginnen

Het personeel voert actie voor een hoger loon. Ook willen ze dat er maatregelen worden genomen om de werkdruk en daarmee het ziekteverzuim te verlagen. Het voorstel wat de werkgevers vorige week neerlegden is nu definitief van tafel. “Het laatste bod telt niet meer”, zegt Kagie. “Als we opnieuw gaan praten, zouden de onderhandelingen helemaal opnieuw beginnen.”

Hanane Chikhi, onderhandelaar van CNV Vakmensen, begrijpt niet dat de werkgevers maar geen concrete afspraken willen maken over het aanpakken van de werkdruk. “Het openbaar vervoer is een mooie sector, veel chauffeurs doen hun werk met plezier. Maar het is ook een sector waar hoge tijdsdruk en kortere lontjes van passagiers veel impact hebben op het werk. Uit een enquête die we in het najaar hebben gehouden blijkt dat 3 op de 4 chauffeurs last hebben van hoge werkdruk. Het ziekteverzuim is enorm en gaat in meerdere vervoersbedrijven richting 15 tot 20 procent. Dat veroorzaakt weer extra druk op andere chauffeurs, die voortdurend vragen krijgen of ze gaten kunnen vullen.”

Generatiepact

Kagie gaat ook in op het ziekteverzuim in de sector: “Het ziekteverzuim in de sector ligt rond de 10 procent. Vakbonden spreken over 25 procent. Dit getal van 1 op 4 dat vakbonden noemen is feitelijk echt onjuist. We zijn wel een sector met veel oudere collega’s. Dat is juist ook de reden dat we het generatiepact voorstelden, waarbij mensen veel minder werken, heel beperkt salaris inleveren en volledig pensioen opbouwen. We zien ook in de vervoerbedrijven dat het ziekteverzuim sinds corona hoger is. Dit willen we aanpakken en daar doen we voorstellen voor. Maar we kunnen in alle eerlijkheid ook niet alles beïnvloeden, want het heeft meer oorzaken. Het komt bijvoorbeeld ook omdat iemand die wacht op een operatie later aan de beurt is dan eerst. Dat komt door de langere wachttijden in de zorg.”

Lees ook:

Auteur: Sander Van Vliet

Reageren op dit artikel is niet mogelijk.