ACM: gelijk speelveld aanwezig bij komende spoorconcessies

Niet gebruiken! Bleumink vindt bronvermelding niet voldoende.

Er is sprake van een ‘level playing field’ in de diensten die ProRail aanbiedt aan alle spoorvervoerders die willen meedingen naar de spoorconcessies voor de MerwedeLingeLijn en de Noordelijke treindiensten. Dit heeft de ACM geoordeeld, nadat ProRail de voorwaarden en vergoedingen had ingediend die de infrabeheerder voor deze twee concessies wil hanteren. Sinds de aanbesteding van de OV-concessie in Limburg moet ACM toestemming geven voor de voorwaarden bij een spoorconcessie, om te voorkomen dat een vervoerder een oneerlijke voorsprong krijgt. “Het doel is om op voorhand een gelijk speelveld te garanderen”, legt ACM-woordvoerster Pauline Gras uit.

Het gaat hier om de concessies DAV (Drechtsteden, Alblasserwaard en Vijfheerenlanden), met daarin de spoorlijn MerwedeLingeLijn, en de concessie voor de Noordelijke Nevenlijnen, spoorlijnen in Groningen en Friesland. De aanbesteding voor de Noordelijke Nevenlijnen start waarschijnlijk in februari; de aanbesteding van de concessie DAV in april.

OV-concessie Limburg

Het is voor het eerst dat ACM al op voorhand het bestaan van een gelijk speelveld controleert, sinds er hiervoor maatregelen werden genomen na de aanbesteding van de concessie Limburg. In die concessie bood NS aan Veolia geen redelijk aanbod voor het gebruik van de diensten die NS had op de stations, waarvan Abellio destijds kon profiteren. Maar de Spoorwegwet bepaalt dat eerlijke concurrentie op het spoor mogelijk moet zijn.

Daarom besloot de staatssecretaris dat ze de ‘hobbels’ voor een gelijk speelveld bij spoorconcessies wilde wegnemen. Zo moest de toegang tot diensten en voorzieningen voor alle vervoerders verbeterd worden, zodat geen enkele vervoerder een oneerlijk voordeel had. Bij deze twee concessies moet ProRail om die reden de tarieven en vergoedingen voor het gebruik van het spoor aan de ACM voorleggen. Het gaat hierbij om de toegang tot het spoor, de stations, de weergave van reisinformatie en locaties voor diensten in verband met deze kaartverkoop, maar ook schoonmaak- en wasvoorzieningen en bijvoorbeeld tankinstallaties. ACM keurde dit goed, wat inhoudt dat alle vervoerders evenredig toegang hebben tot het aanbod van ProRail.

Tarieven

Verder heeft de mededingingsautoriteit maatregelen genomen om te voorkomen dat de tarieven voor de spoorvervoerders tijdens de concessie ten onrechte veel stijgen. Zo moet ProRail voortaan ACM altijd op de hoogte stellen wanneer wanneer de vergoeding voor een bepaalde dienst meer dan 5 procent wijzigt in vergelijking met het jaar daarvoor of met 10 procent over een periode van 5 jaar. ACM kan in dat geval besluiten dat de wijziging voor goedkeuring aan de ACM moet worden voorgelegd.

Bovendien kunnen de vergoedingen wijzigingen als gevolg van gewijzigde kosten, een andere indexering of door een wijziging van de kostentoerekeningssystematiek die ProRail op uiterlijk op 31 maart 2017 moet voorleggen aan ACM. Indien nodig kan ACM ook daar besluiten dat ACM die systematiek moet goedkeuren voordat PRoRail de wijziging mag doorvoeren. “We bekijken dergelijke aanboden heel zorgvuldig”, benadrukt Gras. ProRail heeft het aanbod voor de MerwedeLingeLijn in november aan ACM voorgelegd, voor de Noordelijke Nevenlijnen in december.

Gebruiksvergoeding

In december vorig jaar oordeelde ACM dat ProRail de tarieven van de gebruiksvergoeding voor het spoor onterecht had verhoogd. Dit bleek na een langlopende zaak die de Federatie Mobiliteitsbedrijven Nederland (FMN) was begonnen tegen ProRail. Het bleek destijds dat ProRail de spoorwegwet overtrad door gebruiksafhankelijke kosten door te rekenen aan de spoorvervoerders, terwijl ProRail alleen had mogen uitgaan van de bestaande infrastructuur. ACM heeft nu in ieder geval de huidige tarieven en voorwaarden van ProRail op deze twee regionale spoorlijnen getest met de spoorwegwet.

Lees ook: ProRail moet gebruiksvergoeding spoor verlagen

Auteur: Inge Jacobs

Reageren op dit artikel is niet mogelijk.