Geen ingrijpen op spoorverbinding Haarlem-Alkmaar

Station, Haarlem, trein, NS

Tijdens de ochtend- en avondspits rijden tussen Alkmaar en Haarlem voldoende intercity’s om aan de reizigersvraag te voldoen. Dat schrijft minister Cora van Nieuwenhuizen van Infrastructuur en Waterstaat als antwoord op vragen van de VVD-leden Rudmer Heerema en Erik Ziengs. De reistijd is de afgelopen jaren al verbeterd en het materieel voldoet aan de eisen die zijn gesteld in de concessie voor NS. 

De twee VVD’ers trokken in januari aan de bel over de NS-verbinding, die nog steeds niet optimaal is. In januari bleven zelfs mensen op het station achter vanwege drukte. De politici wilden van de minister weten wat ze van de treinverbinding op dit traject vond. Zelf zijn ze van mening dat de dienstregeling best iets verbeterd kan worden en ze vroegen in hoeverre de ambtsvrouw het hiermee eens was.

Reistijd

In haar antwoorden geeft Van Nieuwenhuizen aan dat NS zich aan de eisen houdt en voldoet aan de afspraken in de vervoersconcessie. De zes spits-intercity’s die rijden, zijn voldoende om de vraag op dit traject aan te kunnen. In de afgelopen jaren heeft NS bovendien moeite gedaan om de treinverbinding te verbeteren en de reistijd te verminderen. In 2015 kostte het 1 uur en 2 minuten om van Alkmaar naar Leiden te reizen, terwijl een passagier vandaag 55 minuten doet over die verbinding.

De reistijd van Alkmaar naar Rotterdam is teruggebracht van 1 uur en 37 minuten in 2015 naar 1 uur en 29 minuten en een reiziger is tussen Alkmaar en Den Haag momenteel 8 minuten minder kwijt dan de 1 uur en 16 minuten die hij in 2015 nog in de trein zat. Bovendien benadrukt de politica dat reizigers tijdens de volledige spitsuren kunnen gebruikmaken van een intercity-trein. De laatste zogenaamde ‘spits-intercity’ richting Alkmaar vertrekt om 18.28 uur vanaf Haarlem en de spits duurt tot 18.30 uur.

Materieel

De vragen van Heerema en Ziengs werden ditmaal ingediend om reizigers op station Beverwijk in januari tot tweemaal niet meer meekonden, omdat de treinen daar al te vol zaten. De minister benadrukt dat het onderdeel van de vervoersconcessie is dat het ingezette materieel moet passen bij de vervoersvraag. De problemen op 20 en 21 januari waren echter uitzonderlijk, zo meldt de Van Nieuwenhuizen. “Ik heb van NS begrepen dat dit een gevolg was van de onvoorziene inzet van korter materieel dan gebruik is op dit traject.”

Momenteel rijden hier nog sprinters van het type SGM en intercity’s van het type DDZ. Dit voldoet aan de eisen, maar het is wel de ambitie van de spoorvervoerder om in de loop van 2021 op het traject Hoorn – Alkmaar – Haarlem – Amsterdam sprinters van het type SLT in te zetten.

Lees ook: 

VVD stelt Kamervragen over verbinding Haarlem-Alkmaar

Auteur: Inge Jacobs

Reageren op dit artikel is niet mogelijk.