FNV: oneerlijke concurrentie op spoor door ongelijke arbeidsvoorwaarden

Conducteur, trein, NS, perron

Zolang regionale spoorvervoerders zich niet aan dezelfde arbeidsvoorwaarden en veiligheidseisen hoeven te houden als NS, is er geen sprake van een gelijk speelveld. Dat is met name een probleem als NS straks weer mag meedingen naar decentrale spoorlijnen. Als het aan vakbond FNV Spoor ligt, moet de Tweede Kamer vaste arbeidsvoorwaarden en veiligheidseisen opleggen voor al het spoorpersoneel.

De vakbond lobbyt hier in Den Haag voor. Als de voorwaarden van NS voor alle vervoerders zouden gelden, wordt voorkomen dat regionale spoorvervoerders op arbeidsvoorwaarden en veiligheids- en service-eisen kunnen concurreren met de landelijke spoorvervoerder. Volgens de vakbond hebben regionale spoorvervoerders in elke concessie andere eisen om aan te voldoen. Dat is slecht voor het personeel en voor de reizigers.

De regionale krant Tubantia meldde vorige week dat een reiziger in een Keolis-trein onwel werd, waarbij er geen medewerker van de vervoerder aanwezig zou zijn geweest om te helpen. In een reactie liet Keolis weten altijd te voldoen aan de verplichtingen op het gebied van controle en veiligheid.

Verkeerde eisen

Dat wordt door de vakbond niet weerlegd, maar de partij stelt dat deze verplichtingen verkeerd zijn. Zo is het in bepaalde regionale spoorconcessies niet verplicht dat er op alle ritten een conducteur meereist en worden er minder veiligheid- en service-medewerkers ingezet. Zo wordt op de lijn Hengelo-Oldenzaal personeel ingezet “waar dat gewenst is” en werd op de regionale spoorlijnen in Limburg gevraagd om ‘voldoende gespreide inzet van toezichthoudend en serviceverlenend personeel’.

Vaak wordt op risicovolle ritten meer personeel ingezet. Ervaring en informatie bepaalt welke ritten risicovol zijn. Maar sommige dingen – zoals een passagier die een beroerte krijgt – zijn niet te voorspellen, meent vakbondsbestuurder Henri Janssen van FNV Spoor. Bovendien is het ook voor de veiligheid in de trein belangrijk dat er altijd voldoende mensen aanwezig zijn. “Die preventieve werking is belangrijk”, stelt Janssen. “Het is aantoonbaar dat de aanwezigheid van personeel werkt tegen agressie in de trein.”

Geld

Janssen begrijpt dat vervoerders zich slechts houden aan de door de provincie gestelde eisen voor de inzet van het personeel. De aanbestedingssystematiek zorgt ervoor dat ook op het gebied van veiligheid en service geconcurreerd kan worden. “Het is een politieke keuze om lijnen aan te besteden. Als Keolis extra geld zou krijgen voor veiligheid, zouden ze ook vast op elke rit een conducteur inzetten. Daarom zouden voor alle vervoerders dezelfde eisen moeten gelden.”

De afgelopen jaren heeft NS niet meegedaan met regionale aanbestedingen en hoefde de landelijke spoorvervoerder dus niet te concurreren met regionale spoorvervoerders voor lijnen. Maar de verwachting is dat dit wel weer gaat gebeuren, omdat de regering meer lijnen uit het hoofdrailnet wil halen.

In dat geval vindt de vakbond het onterecht dat de regionale vervoerders niet aan dezelfde voorwaarden hoeven te voldoen als NS. “Wij maken met het ministerie van Infrastructuur en Waterstaat en de directie van NS verregaande afspraken, maar de decentrale overheden hebben eigen kpi’s en eisen. Dat is gekkigheid en daardoor ontstaat een oneerlijk speelveld.”

NS-lijn

Als tegenstander van marktwerking zou Janssen liever helemaal geen openbare aanbestedingen zien, maar zolang daar wel sprake van is, denkt hij dat er vaste eisen en voorwaarden moeten worden opgelegd. Die verantwoordelijk dient het ministerie op zich te nemen. Daarbij pleit de vakbond ervoor om de met NS afgesproken lijn ook te laten gelden voor Keolis, Connexxion en Arriva.

In een overleg met de staatssecretaris en de Tweede Kamerleden vorige week werd door de VVD aangekaart dat de lijn die gesteld wordt aan NS juist naar beneden bijgesteld zou kunnen worden. Daardoor zou op het spoor een gelijk speelveld ontstaan op deze gebieden en hoeven de regionale vervoerders zich niet aan te passen aan de duurdere eisen van NS. Hier vreest FNV Spoor voor. De vakbond vindt het van groot belang dat marktwerking geen negatieve effecten heeft op de arbeidsvoorwaarden van medewerkers of de veiligheid van reizigers.

Ministerie IenW

Hoewel de Programma’s van Eisen voor decentrale lijnen worden opgesteld in de provincies, heeft Janssen momenteel nog geen behoefte om met de provincies en vervoersautoriteiten om de tafel te gaan over vaste voorwaarden. Hij wil eerst inzetten op de korte lijn. Het zou volgens hem het gemakkelijkste zijn als het ministerie de afspraken oplegt aan decentrale vervoersautoriteiten. Als dat niet lukt, sluit hij niet uit dat FNV een actietraject zou kunnen starten.

Auteur: Inge Jacobs

Reageren op dit artikel is niet mogelijk.