Boetebedrag Arriva niet ingezet voor compensatie reizigers
De boete van ruim 9000 euro die Arriva krijgt voor de rituitval in de provincie Noord-Brabant, zal niet worden ingezet als compensatie voor scholieren en forenzen. Dat schrijven de Gedeputeerde Staten van Brabant naar aanleiding van vragen van CDA en SGP-ChristenUnie. Tot en met september van dit jaar zijn bijna twee keer zoveel bussen uitgevallen als afgesproken.
De twee partijen wilden dat de boete zou worden ingezet voor de reizigers. Die passagiers zijn namelijk de dupe geworden van de uitval, omdat ze daardoor bijvoorbeeld lessen gemist hebben of werden opgezadeld met beduidend langere reistijden. “We vinden het vervelend voor reizigers wanneer ritten uitvallen, daarom leggen we boetes op als dat het geval is. Het is echter niet aan ons om daarvoor een compensatie aan reizigers aan te bieden; dat is aan Arriva”, aldus GS.
Reserve Verkeer en Vervoer
Gedeputeerde Staten laat weten dat de geïnde boetes ten gunste komen van de reserve Verkeer en Vervoer. Die reserve is beschikbaar voor mobiliteit en dus ook voor openbaar vervoer. De provincie is daarom ook niet bereid om in gesprek te gaan met de verschillende groeperingen om een andere nuttige bestemming te vinden voor het boetegeld.
In totaal is de hoogte van de boete 9131 euro. De grootste oorzaak van het hoge aantal uitgevallen ritten, is een gebrek aan buschauffeurs. Al langere tijd blijkt dat vervoerders worstelen om nieuwe mensen geïnteresseerd te krijgen in het vak en dat het daardoor lastig blijkt om alle ritten uit te voeren. Om die reden is vervoerder Arriva in oktober gestart om zelf mensen op te leiden tot gediplomeerd buschauffeur.
Al twee klassen met circa 25 kandidaten zijn van start gegaan en in 2019 begint nog een groep van die grootte aan het BBL-traject. Hiermee wil Arriva de aanstaande uitstroom van pensioengerechtigde collega’s aanpakken. De chauffeurs worden in een jaar opgeleid en zullen daarna worden ingezet in Brabant en in Zuid-Holland.
Lees ook:
