EBS-topman: OV heeft toezeggingen nodig om te kunnen overleven

Wim Kurver, EBS, Breda
(Foto: Janny Mallee Original)

Er komen steeds meer zorgen over het voortbestaan van het openbaar vervoer. Door de coronacrisis loopt de sector erg veel geld mis en helderheid en garanties over financiële regelingen ontbreken. EBS-directeur Wim Kurver benadrukt hoe belangrijk het is dat de bedrijven snel duidelijkheid krijgen. “Het is oorlog en we hebben leiders nodig die snel en adequaat beslissingen durven nemen.”

De huidige coronacrisis is zwaar voor de hele Nederlandse economie en het overgrote deel van de bedrijven wordt hierdoor getroffen. Maar de EBS-directeur waarschuwt dat de nu bedachte vangnetten slecht kunnen uitpakken voor het OV, omdat de inkomstensystematiek voor de sector uniek is. “We hebben van de overheid toezeggingen nodig om te kunnen overleven. Maar die ontbreken nog.”

NOW-regeling

De NOW-regeling, die het kabinet in het leven heeft geroepen, gaat op deze manier voor het OV niet of nauwelijks de beoogde redding geven. De regeling houdt in dat bedrijven die gedurende drie maanden ten minste 20 procent omzetverlies hebben, een tegemoetkoming kunnen krijgen van maximaal 90 procent van de loonsom krijgen naar rato van de omzetdaling. Onder 20 procent komen bedrijven daarvoor niet in aanmerking. De zorg voor het OV ligt in het feit dat diverse voorwaarden en definities zeer slecht uitpakken voor het OV. Het gaat dan om wat de omzet is, welk referentiejaar wordt genomen voor die omzet en de wijze waarop wordt omgegaan met subsidies.

Kurver: “Daarbij moeten wij moeten als OV blijven rijden; dit betekent dat je naast de vaste kosten een groot deel van de variabele kosten houdt en dus nauwelijks kostenreducties kunt realiseren om daarmee de kans op overleven te vergroten. Tegelijkertijd is het aantal reizigers enorm teruggelopen en zijn onze reizigersinkomsten nog maar ongeveer 10 procent. Dat is dus ook twee keer negatieve woordwaarde.”

Subsidie decentrale overheden

Een andere bedreiging is de mogelijkheid van de decentrale overheden om vervoerders achteraf te korten op de normale subsidie. Weliswaar is toegezegd dat het voorschot op 100 procent blijft staan, maar dit kan op een later moment alsnog minder worden. Overheden mogen vervoerders achteraf korten op een aantal voorwaarden.

Kurver meent dat decentrale overheden er goed aan zouden doen om niet alleen het voorschot te garanderen, maar nu al te beloven om achteraf slim te kijken of de landelijke maatregelen van de centrale overheid voldoende zijn voor de OV bedrijven om te overleven. Als dat niet zo is – wat nu de verwachting is – moeten zij alsnog besluiten geen geld in te houden. Die overheden hebben het bedrag voor de subsidie namelijk al geagendeerd en het is dus beschikbaar in de bestaande budgetten. “Gelukkig lijkt hier wat positieve beweging in te komen maar we vinden het wel lastig dat het zo lang duurt.”

Lange termijn

Voorlopig moeten vervoerders een basisdienstregeling blijven rijden. Dat betekent nog zeker vier weken beduidend minder inkomsten, maar op de korte termijn vreest de EBS-directeur niet voor zijn bedrijf. “De komende drie tot zes maanden kunnen we qua cashflow waarschijnlijk wel overleven. Mede door de maatregelen van de uitgestelde betalingen van belastingen en pensioenen. Maar gebeurt er niets aan het echte probleem van omzetderving, dan vallen we na die zes maanden alsnog om.”

“Op de lange termijn voorzie ik zo mogelijk nog meer grote problemen.” Hij licht als voorbeeld toe hoe een verlies van 10 procent reizigersinkomsten uiteindelijk voor 4 procent minder omzet kan zorgen. Kostenbesparing is vrijwel onhaalbaar – er zijn nu eenmaal afspraken gemaakt in een concessie. Door de krappe marges in het OV kan 4 procent omzetverlies fataal zijn. “Dit terwijl niemand nu kan voorspellen hoe de reizigersinkomsten na corona zullen zijn. Duidelijk lijkt dat het reizigers gedrag gaat veranderen, maar zal dat leiden tot +5 procent, blijft het gelijk of neemt het met 10 of 25 procent af? Niemand weet het nu. Ik voorspel wel dat het een min wordt.”

Leiderschap

Dit besef wordt gelukkig door steeds meer mensen en partijen in de OV-sector erkent en herkent, benadrukt Kurver. Maar het gaat in zijn ogen nog steeds te langzaam. Deze financiële uitdaging wordt aan meerdere overlegtafels besproken, onder andere door OV-NL, de Federatie Mobiliteitsbedrijven, het DOVA en door de vervoerders zelf met hun opdrachtgevers. “Er is een beetje begrip, maar veel bestuurders zijn nog te terughoudend. Terwijl we nu meer leiders nodig hebben, en minder bestuurders.” Kurver put hoop uit het feit dat er nu ook ware leiders op lijken te staan.

Het is de verwachting dat er komende weken meer duidelijk wordt over de invulling van de regelingen die het kabinet heeft aangekondigd. Daarbij hoopt Kurver dat vooral gekeken wordt naar het uiteindelijke doel van die regelingen, namelijk dat bedrijven niet omvallen en hun personeel kunnen blijven betalen. “Als de regering hieraan vasthoudt, zijn de maatregelen maar een middel zijn om dit doel te bereiken. In dat geval verwacht ik dat we hier goed uitkomen.”

Mochten de door het kabinet genomen huidige maatregelen echt, zoals Kurver verwacht, niet leiden tot het overleven van het OV, dan hoopt de EBS-directeur op een apart fonds voor het openbaar vervoer. Hij vindt namelijk dat vervoerders niet kunnen worden vergeleken met normale commerciële bedrijven. Het OV is een vitale sector en daardoor moeten ze doorrijden. Weliswaar wordt slechts een basisdienstregeling gereden, maar er is nog steeds meer dan 50 procent van de voertuigen nodig en ook afschrijvingen en onderhoud gaat gewoon door. Sluiten om zo kosten te besparen is in ieder geval geen optie.

Toekomstbeeld

Wat deze crisis voor de wereld zal betekenen wanneer het virus is bedwongen, is nog lastig in te schatten. Niet alleen ligt een economisch zware tijd voor de boeg; de EBS-directeur acht het dus zeer waarschijnlijk dat het reisgedrag van mensen hierdoor zal veranderen. Dit kan positief, maar net zo goed negatief uitpakken voor het openbaar vervoer. Momenteel werken veel mensen thuis en dit zou bij sommige mensen best kunnen blijven hangen. Dit betekent minder reizigers en dus minder inkomsten.

Toch heeft de noodtoestand ook een positieve impact. “We zijn in oorlog. Helaas zijn er slachtoffers, maar deze oorlog kunnen we als mensheid niet verliezen. Je ziet dat mensen meer verbinding met elkaar maken – ze tonen meer begrip voor elkaar en zijn respectvoller. Ook zie je hoe mensen de kleine dingen meer waarderen en proberen meer samen te werken. Dat is een mooie ontwikkeling, die we vol moeten houden.”

Lees ook:

Auteur: Inge Jacobs

Reageren op dit artikel is niet mogelijk.