NS gaat door het stof bij hoorzitting spoor in Tweede Kamer

Treinen, NS, wissels

De NS heeft donderdag een slechte beurt gemaakt tijdens een hoorzitting over het spoor in de Tweede Kamer. De vervoerder gaf kritiek op de decentralisatie van het spoor in Nederland, maar weigerde om vragen van Kamerleden te beantwoorden over het groeiende NS-aandeel in buitenlandse vervoersbedrijven. Tijdens de hoorzitting werd er onder meer gesproken over aanbestedingen van het OV in Nederland. Daarbij kwamen diverse deskundigen uit de OV-sector aan het woord.

Volgens Jeroen Alting von Geusau, regiodirecteur van NS, blijkt uit het onderzoek van commissie Janse de Jonge dat decentralisatie op het Nederlandse spoor niet werkt. Hij stelt dat marktwerking op het spoor ervoor zorgt dat veiligheid en service achteruitgaan.

CDA-Kamerlid Sander de Rouwe verbaast zich over het standpunt van de NS. “Waarom wil de NS meer invloed hebben op het OV in het buitenland terwijl het tegelijkertijd de de regionalisering in Nederland tegenhoudt?” NS-dochter biedt met dochterbedrijf Abellio onder meer bus- en treindiensten aan in Duitsland, Engeland, Scandinavië en Tsjechië.

Buitenlandse activiteiten

Ook na aandringen van andere Kamerleden bleef de NS-directeur de Kamer het antwoord op deze vraag schuldig. Voorzitter Paulus Jansen van de Kamercommissie: “De omvang van de buitenlandse activiteiten van de NS is even groot als de activiteiten op het hoofdrailnet, dus het is van belang dat u antwoord geeft.”

Alting von Geusau: “Er is een essentieel verschil tussen onze buitenlandactiviteiten en verdere regionalisering van het hoofdrailnet. Het buitenlandse net heeft een andere samenhang dan het net in Nederland.” Wat deze verschillen dan precies zijn, kon hij niet uitleggen. De Rouwe vraagt zich na afloop van de hoorzitting op Twitter af of de risico’s die de NS loopt door in te schrijven op buitenlandse OV-bedrijven voor de Nederlandse belastingbetaler zijn.

Marktwerking

Volgens voorzitter Anne Hettinga van FMN blijkt uit het rapport van Janse de Jonge juist dat marktwerking wél werkt. De voorzitter zegt dat het onzin is dat regionale vervoerders bezuinigen op veiligheid en service. “De regionale vervoerders scoren juist goed op het gebied van veiligheid en reizigerstevredenheid.” Hettinga is tevens algemeen directeur van vervoersbedrijf Arriva.

De eisen die worden gesteld aan de regionale treinvervoerders zijn volgens Hettinga een stuk hoger dan die van de NS: “Wij moeten aan een zitplaatsgarantie van 95 procent van de reizigers voldoen. Door een enorme reizigersgroei hebben we 20 procent meer treinen moeten kopen. Ook hebben we een punctualiteit van 95 procent.”

Vervoerders

Hettinga zegt dat competitie juist een belangrijke impuls is geweest om meer reizigers in het OV te trekken. Voor goede concurrentie is het volgens hem echter nodig om macht weg te nemen bij NS. “Wij maken ons zorgen over de overname van de aandelen van HTM door NS. En NS rijdt met Qbuzz voor prijzen waar wij niet voor kunnen rijden.”

“Wij gaan weer terug naar de jaren negentig toen er maar een partij op de OV-markt was. Ik betwijfel of dat goed is voor de Nederlandse belastingbetaler”, aldus Hettinga.

Staatsbedrijven

PvdA-Kamerlid Ducco Hoogland vroeg Hettinga wat de verschillen zijn tussen staatsbedrijf NS en de regionale vervoerders die buitenlandse staatsbedrijven als eigenaar hebben. Arriva heeft als moedermaatschappij Deutsche Bahn en Veolia Transport is in handen van de Franse overheid.

Hettinga: “Het verschil met NS is dat de Duitse belastingbetaler het betaalt in plaats van die in Nederland. Arriva is in een gezonde positie. Er wordt nul dividend naar Duitsland afgevloeid. Bovendien hebben wij de afgelopen jaren 750 miljoen euro in het OV in Nederland geïnvesteerd.”

Marieke van Gompel

Lees ook:

 

Auteur: Marieke van Gompel

2 reacties op “NS gaat door het stof bij hoorzitting spoor in Tweede Kamer”

John Veerkamp|16.04.13|11:57

Toch blijft er een belangrijk verschil tussen de exploitatie van een complex hoofdspoornet en regionale lijnen “van A naar B”. Hettinga vergelijkt steeds de punctualiteit van NS met die van de regionale vervoerders. Dat is vergelijken van appels met peren. Ook naar de kosten kun je verschillend kijken. Uiteindelijk zijn het toch de totale kosten die betaald moeten worden (aanbesteding, exploitatie, onderhoud). Bepaalde delen uitsplitsen en dan zeggen dat die beter zijn is wel heel makkelijk.

Arjen Jaarsma|12.04.13|09:05

Ik denk dat Hettinga een punt heeft door de zeggen dat competitie juist een belangrijke impuls is geweest om meer reizigers in het OV te trekken. Net als Hettinga maak ik me zorgen over de overname van HTM-aandelen door NS en de daarmee mogelijke teruggang naar de situatie naar de jaren negentig toen we alleen NS, VSN en GVBs hadden. Nu betaalt de belastingbetaler minder + de OV-reiziger krijgt een beter product dan toen!