HTM wil OV-tarieven in 2020 niet verhogen
Haagse vervoerder HTM wil in 2020 de prijs voor een groot aantal OV-kaartjes niet verhogen. Een belangrijke reden daarvoor is dat de prijzen in 2019 al fors zijn gestegen door de aanpassing van het btw-tarief. Dat voorstel heeft de vervoerder aan de Metropoolregio Rotterdam Den Haag gedaan. De bestuurscommissie Vervoersautoriteit van de MRDH stelt later deze maand de OV-tarieven vast voor het openbaar vervoer in de concessies Rotterdam, Den Haag, Voorne-Putten en Haaglanden Streek.
De Landelijke Tarieven Index (LTI) wordt door MRDH toegepast op de regionale tarieven en geldt als uitgangspunt voor de tarieven van de reisproducten van de vervoerders. Deze index is dit jaar vastgesteld op 2,23 procent, waardoor de MRDH het basis instaptarief wil verhogen, net als het regionale kilometertarief. De Bestuurscommissie Va van de MRDH beslist op 16 oktober over de tariefwijziging, onder voorbehoud van een positief advies van de consumentenorganisaties in het Metrocov.
Geen stijging
De prijzen voor het OV stijgen gewoonlijk met de LTI, maar toch zou HTM komend jaar de prijzen bij een groot aantal producten het liefst intact te laten. Afgelopen jaar verhoogde het kabinet het lage btw-tarief van 6 naar 9 procent en dat maakte het OV al flink duurder. Vooraf werd door verschillende belangenorganisaties gewaarschuwd dat dit een negatief effect zou hebben op het OV gebruik.
Het gaat onder andere om de tarieven voor de dagkaart, de 2-uurskaart en de kinderkaart. De prijsperceptie bij reizigers is grotendeels afhankelijk van juist dit soort producten, stelt HTM. Deze worden namelijk het meeste gebruikt. De vervoerder vindt het belangrijk dat deze producten zo gunstig mogelijk geprijsd zijn om het OV aantrekkelijk te houden voor reizigers.
Van twee andere producten kunnen de tarieven wel aangepast worden op basis van de LTI, namelijk de relatie-retour en de congreskaart extra dag. HTM verzoekt de MRDH bovendien om te starten met het proces om de prijzen van het regio-abonnement te verhogen. Dit tarief moet volgens de vervoerder met minimaal 2 procent boven de LTI stijgen.
Uitschieters
De Rotterdamse vervoerder RET heeft bij de MRDH aangegeven de meeste prijzen met de LTI te willen verhogen. Bovendien vraagt de vervoerder de prijs voor de RET Dagkaart en de BOB bus met 50 cent te verhogen – meer dan de LTI. Bij de dagkaart wordt voor een verhoging gevraagd, omdat deze kaart vanwege de prijs zelfs gebruikt wordt door reizigers die normaal met een OV-chipkaart reizen.
De prijsverhoging op de BOB-bus is te verantwoorden door de toename van de omvang van het vervoergebied de afgelopen jaren en dus de langere gemiddelde reisafstanden die afgelegd worden. Als het aan de Rotterdamse vervoerder ligt, wordt bovendien ook de Scholierenkaart prijziger, namelijk 3,00 euro in plaats van de 2,70 euro die hiervoor nu wordt neergeteld. Dit is nodig om een deel van de administratiekosten te dekken.
Tarieven in regio
EBS stelt voor in de concessies Voorne-Putten en Haaglanden Streek de tarieven alleen te verhogen met de landelijke 2,23 procent. Verder heeft deze vervoerder geen plannen om grote wijzigingen door te voeren. Dit omdat er bij de start van de twee concessies al besloten is om het bestaande assortiment van producten eenvoudiger en aantrekkelijker te maken voor de reiziger en tegelijkertijd zoveel mogelijk gelijk te trekken met de tarieven in de concessie Voorne-Putten en Rozenburg.
De prijs voor de Parkshuttle, het autonome voertuig dat Connexxion rijdt op bedrijventerrein Rivium, wordt wel verhoogd. Connexxion stelt daarop voor om het instaptarief conform LTI van € 0,69 naar € 0,71. De ritkaart voor de Parkshuttle blijft overigens ongewijzigd.
Lees ook:
